HET EERSTE NUMMER van Het Visscherijblad lag in de
winkel te koop op zaterdag 25 februari 1933. Het blad kostte toen 75 centiemen.
Uitgever-drukker Honoré Seys uit de Nieuwpoortsesteenweg in Oostende gaf het de ondertitel 'Wetenschap,
nijverheid, handel' mee. (1)
‘Het was een gedurfd initiatief in volle
recessieperiode die ook de visserijsector zo zwaar teisterde dat de algemene
stillegging van de vloot in de lucht hing. In het verleden haalden alle
uitgevers van op de visserij gerichte bladen bakzeil,' schreef
de volkskundige auteur Omer Vilain in 1962 in een proefschrift. (2) Hij ontwaarde één uitzondering: Het
Visserijblad, waarbij wijlen Pros Vandenberghe (1907-1984) van meet af aan
betrokken was. Meer zelfs. Hoe langer hoe meer zullen Het
Visserijblad en Pros in één adem genoemd worden.
Het momentum van
Pros
Pros Vandenberghe (1907-1984) |
Vandenberghe,
geboren op de Oostendse Vuurtorenwijk, kwam in 1929 in stadsdienst onder vismijndirecteur
Gustaaf Velthof. Hij werd belast met het bijhouden van de aanvoerstatistieken.
(3) Toen hij in de visserij goed ingewerkt was werd hij Belgisch correspondent
voor het Engelse visserijblad Fishing News en voor de Nederlandse Visserijcourant waarin hij naar eigen
zeggen de belangen van de Belgische visserij begon te verdedigen. ‘Na in enkele jaren meer en meer in de
visserijproblematiek ingewerkt te zijn werd ik door mijn directeur ontboden. In
aanwezigheid van drie hoge ambtenaren werd mij gevraagd of ik te vinden zou
zijn om een eigen Belgisch visserijblad te stichten,’ schreef Vandenberghe
in een terugblik bij het ingaan van de 50ste jaargang. ‘Dat was helemaal niet naar de zin van de toenmalige schepen van de Vissershaven,
tevens uitgever van een lokaal weekblad.’ (4)
Pros Vandenberghe
zou uitgroeien tot een van de kleurrijkste figuren die de Vlaamse visserij ooit
gekend heeft. De verdwenen Oostendse stadskrant De Stoeten Ostendenoare stelde het zo: ‘Pros Vandenberghe was, onderwijzer zijnde, ooit begonnen als
medewerker van "De Zeewacht". Blijkbaar kon hij er niet aarden, en
begon dan maar een eigen krant: "Het Visscherijblad" (eind 1933). Tot
de oprichters behoorde o.m. de vissershavendirecteur Velthof. "Het Visscherijblad"
startte als vakblad, maar breidde gaandeweg zijn berichtgeving uit naar het
algemeen streeknieuws. Liberaal en Vlaamsgezind van inslag zou P. Vandenberghe
het blad vooral gebruiken om zijn positie van "zwarte paus" in het
visserijwereldje te helpen uitbouwen en ondersteunen.’ (5)
Omer Vilain: ‘Tussen de twee oorlogen kende de Oostendse
pers weer een gevoelige aangroei. Een grote gebeurtenis was de publicatie van
"Het Visserijblad" uitgegeven door H. Seys, maar vlug overgenomen
door Prosper Vandenberghe die er zijn lijfblad van maakte. Hij schreef alles
recht voor de raap en dat bracht geregeld spanningen, ruzies en processen met
zich mee. Nogal vaak kwam "Pros" in conflict met De Zeewacht en dat
werd "met de pen" hardnekkig uitgevochten. Vader Elleboudt nam het
bijvoorbeeld niet dat "Protzakje" hem met zo weinig eerbied
bejegende.’ (6)
Anderhalf jaar na de
stichting van Het Visscherijblad nam
Vandenberghe ontslag als stadsbediende en werd hij aangesteld als griffier van
de Ongevallenkas voor de Zeevisserij. Daardoor was de onverenigbaarheid
weggewerkt. In 1938 nam Vandenberghe een drukkerij over om zijn blad, evenals
de destijds welbekende 'Visserij Almanak'
(die al sinds 1934 verscheen) in
eigen beheer uit te geven en te drukken.
Oorlogsjaren
Pros Vandenberghe
verwoordde de voorbije periode als volgt: 'Het
valt te begrijpen dat, met het onafhankelijk karakter ons eigen, wij soms niet
terugdeinsden, terecht of misschien ten onrechte, er op los te gaan en
mistoestanden, bij gebrek aan bescherming van onze vissers en hun bedrijf, in
krachtdadige termen aan te klagen, om aldus de misnoegdheid of de vijandschap
van de ene of de andere autoriteit, belanghebbende of politieker, op onze nek
te halen. Maar bij dit alles, welke vergissingen of eventuele foutieve
commentaren daarmee soms gepaard gingen, hebben wij steeds slechts één doel
nagestreefd, met name proberen objectief, onafhankelijk te blijven ten aanzien
van de visserij en de vele belangen van het bedrijf, hoe moeilijk het ook was
en hoe onaangenaam, soms vrienden te mishagen.’ (7)
Jef Klausing (1918-2004) |
Oorlogsomstandigheden
lagen aan de basis van het schorsen door de bezetter van de uitgave van het
weekblad in juli 1941. Omer Vilain: 'Na
de oorlog kregen beide bladen (nvdr: De Zeewacht en Het Visscherijblad) last omdat ze in het begin van de oorlog
waren blijven verschijnen, doch ze wisten zich uit de problemen te redden.
"De Zeewacht" werd vanaf 1941 onder een andere titel en met een
andere uitgever gedrukt: "Het Strand". De laatste nummers van
"Het Visscherijblad" waren in 1942 van de pers gerold.' (8)
De Stoeten
Ostendenoare: 'Het weekblad van
"bestuurder-eigenaar" Pros Vandenberghe staakte zijn uitgave op 4 mei
1940, om eventjes na de Blitzkrieg-perikelen, de kop weer boven water te
steken. Op 6 juli verscheen "Het Visscherijblad" alweer. Het bevatte
echter voornamelijk technisch en vaknieuws, naast veel gegevens over de
Oostendse vissers in het buitenland. "Wij verschijnen buiten en boven alle
politiek".
Niettemin kon Het Visscherijblad alleen uitgegeven
worden met de toestemming van de bezetter. Opvallend is zeker dat de verslagen
en mededelingen van het collaborerende VNV weliswaar werden opgenomen in de
rubriek Oostendsch Nieuws, doch veel minder opvallend en uitgebreid dan in het
concurrerende "Het (Panne-)Strand".
Halfweg 1941 treedt Vandenberghe af als directeur om
zich enkel nog met de visserijaangelegenheden in te laten. Hij werd opgevolgd
door L. Godemont, doch bleef eigenaar. Het laatste oorlogsnummer van Het
Visscherijblad verscheen op 3 april 1942.’ (9)
In 1945 verscheen
het weekblad opnieuw, nu onder de kop Het
Nieuw Visscherijblad. In het editoriaal van dat eerste naoorlogse nummer (1
december 1945) wordt nogmaals benadrukt dat het blad 'zijn aandeel zal bijbrengen, opdat de zeevisscherij een groote
nijverheid worde, opdat ons zeemansras bewaard blijve.'
Krantenmagnaat op
mensenmaat
De titel Het Visserijblad in hedendaagse spelling
dateert uit het begin van de jaren vijftig.
In de periode
1952-54 kende het weekblad een steile opgang en kreeg als ondertitel Nieuwsblad van de Kust. In 1954 splitste
Vandenberghe beide titels in afzonderlijke bladen. De ontkoppeling leverde
enerzijds Het Visserijblad op en
anderzijds een informatief weekblad op krantenformaat, Het Nieuwsblad van de Kust, gevestigd aan de Vindictivelaan en
uitgegeven door Simonne Bolline (echtgenote van Pros Vandenberghe). Het Nieuwsblad van de Kust kwam dan ook in
rechtstreekse concurrentie met het liberale Kustblad
en de katholieke Zeewacht. Oplopende
polemieken tussen de weekbladen werden niet alleen met de pen, maar vaak ook
voor de rechtbank uitgevochten. Pros Vandenberghe liet het trouwens niet alleen
bij concurrentie op het vlak van de nieuwsgaring. Hij wilde ook zijn deel van de advertentiemarkt. Hij pakte
in 1955 uit met het publiciteitsblad Vandeweek
waarmee de toen nog minderjarige Norbert Haeck (later succesvolle Tips-uitgever [°14.09.40]) zijn eerste
ervaringen in de reclamewerving opdeed. De polemieken van Vandenberghe werden overigens
niet alleen met concurrerende kranten gevoerd. Pros was ook voorzitter en
bestuurder van talrijke coöperaties en verenigingen. Door zijn machtspositie en
verstrengelde belangen kwam hij in aanvaring met veel instanties. Hij lag zowat
voortdurend in de clinch met de Rederscentrale, de vakbonden en met de
toenmalige Oostendse burgemeester Jan Piers, want ook politiek ging
Vandenberghe zijn eigen weg. In 1958 werd hij lijstduwer op de liberale
scheurlijst Verenigde Oostendse Belangen,
waarbij hij evenwel niet verkozen werd.
Op het einde van de
carrière van Pros Vandenberghe bleef alleen nog Het Visserijblad over en de handelsdrukkerij
waar het blad geproduceerd werd. (10)
Liefkemores
We zegden het al:
Pros Vandenberghe is ongetwijfeld een van de kleurrijkste figuren geweest die
de Vlaamse visserij voortgebracht heeft. In het blad lieten we destijds enkele
journalisten aan het woord die ooit voor hem gewerkt hadden.
1988: een nieuwe ploeg neemt het blad over. |
Wijlen Jef Klausing
is ooit hoofdredacteur van het blad geweest. Klausing: ‘Ik schreef het editoriaal waarin Pros niet zelden, achter mijn rug,
een en ander wijzigde. Was hij echter erg opgetogen over mijn geschrijf, dan
zette hij er zijn eigen naam onder. Verder schreef ik onder de meest diverse
pseudoniemen allerlei stukken over de visserij. Tegen een hels tempo kreeg ik
het klaar om wekelijks een dertig stukken dik blad bijeen te pennen. Ik
beantwoordde zelfs lezersbrieven… die ik zelf geschreven had.’ (11)
Ook Herman Moerman
heeft onder ‘het bewind’ van Pros Vandenberghe geschreven: ‘Zestien jaar heb ik als journalist wel en wee meegemaakt van Pros en
zijn gazetten. Aan die samenwerking
kwam een einde toen Pros achter mijn rug een nieuwe redacteur voor Het
Nieuwsblad van de Kust aanwierf. Dat mag dan het volste recht van een patroon
zijn, ik nam het niet dat hij zo’n belangrijks beslissing nam zonder mij — toch
hoofdredacteur — daarin te kennen. Temeer daar ik heel goed wist dat hij dat
alleen maar deed om concurrent De Zeewacht een loer te draaien door dat blad
een medewerker af te pakken.’ (12)
Na het overlijden
van de 77-jarige persman (7 december 1984) viel de drijvende kracht achter Het
Visserijblad ook weg. Zijn dochter Martine, niet voorbereid op de zware taak,
kondigde drie jaar later het einde van het blad aan.
Het toeval wilde dat
nog maar enkele maanden eerder (24 augustus 1987) op de Oostendse H. Baelskaai een
vereniging opgericht was die 'iets' rond de visserijcultuur wilde realiseren. De stichters Danny Crabeels, Willy Versluys en Flor
Vandekerckhove wilden of een oud-vissersvaartuig restaureren of een vissersfeest
organiseren of… Het werd
uiteindelijk een uitgeversproject om Het Visserijblad van een gewisse dood te
redden. (13)
De eerst nog losse
vereniging kreeg nu vlug een officieel karakter. De vzw Liefkemores (stichting
gepubliceerd in de bijlage van BS van 18 februari 1988) zette al in januari 1988 alle zeilen
bij en slaagde erin om in nauwelijks drie weken tijd een uitgebalanceerd
project op poten te zetten. De publicatie van Het Visserijblad werd
uiteindelijk met nauwelijks één maand onderbroken. In februari 1988 lag Het Visserijblad (nu als maandblad)
alweer in de krantenrekken. De
55ste jaargang was alvast gered.
De nieuwe uitgeverij
ging er hard tegenaan. Nummers van 48 bladzijden waren de regel, soms 56, een
enkele keer 64! Ook omdat de uitgeverij over geen kapitaal beschikte moest het
geld elders gezocht worden. We zetten een systeem van ‘deficit spending’ op
waarbij we facturen voor ons uitschoven in de hoop dat het fel verbeterde blad bijkomende
inkomsten zou aanboren. Deze dynamiek lokte inderdaad nieuwe lezers en
adverteerders, maar onvoldoende om de extra drukkosten die eruit voortvloeiden
te compenseren.
Wat sindsdien als
HVB afgekort werd, bleef gedrukt worden bij Drukkerij Nieuwsblad van de Kust,
later ongevormd tot Drukkerij Vandenberghe, tot die onderneming op 30 december
1996 failliet verklaard werd.
Daarmee werd ook een
punt gezet achter het systeem van ‘deficit spending’ dat uitgeverij Liefkemores
hanteerde, want de curator die het faillissement van de drukkerij begeleidde, vorderde
uiteraard de achterstallige facturen van het drukwerk op, rekeningen die HVB
onbetaald in de schuif had laten liggen. De vzw Liefkemores bleef achter met
een lege kas.
Ook die gebeurtenis
is er niet in geslaagd de continuïteit van het tijdschrift in het gedrang te
brengen. De uitgeverij toog in moeilijke omstandigheden op zoek naar een nieuwe
drukker. Doordat de visserijsector
intussen in vrije val verkeerde, waren ook de reclame-inkomsten van het blad
fel verminderd. Kwam daar nog bij dat het tijdschrift, omwille van de
polemische artikels die erin verschenen, door de sectortop bestreden of genegeerd
werd, als al niet van een boycot gesproken kan worden. Dat alles maakte dat HVB moest
inbinden. Het aantal bladzijden werd gaandeweg teruggebracht tot 28. Persoonlijk
verloren we er een betrekking aan.
Guido Walters (1947-2011) |
We engageerden ons vervolgens
om het blad op vrijwillige basis te blijven uitgeven. Wellicht was de productie
in de daarop volgende jaren onmogelijk geweest had het niet kunnen rekenen op
de sympathie van Steven Lowyck, de nieuwe drukker die — ere wie ere toekomt — HVB
gedurende enkele jaren tegen kostprijs gedrukt heeft.
Van de
oorspronkelijke ploeg die HVB in 1988 vol schreef, bleef inmiddels haast
niemand over. Het blad werd in die moeilijke jaren omzeggens volledig gevuld
door fotograaf/journalist Guido Walters en Flor Vandekerckhove.
Maar ook in de
Vlaamse visserij bleef haast niemand meer over. De Vlaamse vissersgemeenschap
was intussen zo klein geworden dat het zelfs met een voluntaristische inzet onmogelijk
werd een onafhankelijk tijdschrift te produceren dat rond de sector (slechts enkele
tientallen schepen, waar er in 1988 nog 201 waren) gecentreerd was. Een nieuwe
keuze drong zich op: ofwel zetten we er een punt achter, waarmee we alleen maar
het voorbeeld zouden volgen van zoveel anderen die de visserij verlaten hadden,
ofwel vormden we blad om tot een magazine dat, weliswaar in sympathie met de
visserij, ook lezers met andere interesses tot ver in het binnenland kan boeien.
Toen Guido Walters
in november 2010 overleed, viel een van de twee drijvende krachten achter het
blad weg. Met hem verdween wellicht de laatste beroepsjournalist die in staat
was meer dan een oppervlakkige berichtgeving over de visserij te ventileren. (14)
Intussen was fotograaf/vormgever
Jo Clauwaert de redactie komen vervoegen. In zijn kielzog kwamen tal van nieuwe
medewerkers de ploeg versterken. Zij zouden het tijdschrift de nieuwe impuls
geven die het nodig had.
De nieuwe redactionele
lijn die uitgestippeld werd kan als volgt samengevat worden: we brengen de visserscultuur naar de wal en
we brengen de cultuur van de wal naar de visserij. Het blad werd erdoor omgevormd
tot een veelkleurig, mooi vormgegeven magazine dat ook lezenswaard is voor
mensen die nauwelijks iets met de visserij te maken hebben. We investeerden ook
energie in het ontwikkelen van een eigen website en trokken meermaals
de boer op om het blad te propageren.
Dat dynamisme bleef
niet onopgemerkt. Het lezerscorps verjongde en het bestaan van het blad werd zelfs
opgemerkt door de makers van de internetencyclopedie Wikipedia die er een lemma
aan wijdden (http://nl.wikipedia.org/wiki/Het_Visserijblad). Het
veranderingsproces werd in november 2010 bekroond met een nieuwe titel: Het
Vrije Visserijblad.
In 2013 breiden we een
80ste jaargang aan een blad dat in 1933 voor het eerst uitgegeven
werd. Niet slecht voor een tijdschrift dat in 1988 jaar ten dode opgeschreven
was en dat sinds dat jaar maar kon blijven verschijnen door de belangeloze
inzet van medewerkers die er niet tegen opzagen tegen de commerciële stroom in
te roeien.
Op het einde van 2013 gaat uitgever Flor Vandekerckhove met pensioen. Hij stelt de titel ter beschikking van elkeen die het blad in dezelfde geest — het vrije woord — wil verder zetten. Uiteindelijk dient zo'n kandidaat zich ook aan. De klimaatactivisten van Climaxi maken vanaf vanaf 2015 jaarlijks een nummer⇲.
(1) ‘De Oostendse
Drukkers (1780-1940)’, door Patrick Vandenabeele, vermeldt Seys Honoré als
drukker van 12.1.1923 tot 1938.
Drukkerij 'Het Visscherijblad' (vanaf 1938) werd later 'Drukkerij
Nieuwsblad van de Kust'.
(2) Omer Vilain, 'De
Belgische zeevisserij, een proeve van bibliografie' tot het behalen van het
diploma van gegradueerde in de biblio-economische en bibliografische
wetenschappen.
(3) Een
statistiekendienst voor vis was toen reeds opgelegd door de Conventie van
Kopenhagen.
(4) Jubileumnummer
50 jaar Het Visserijblad, 49ste jaargang - nr 49 - 28 december 1982.
(5) 'Het dossier van het Oostends bedrukt
papier - Deel 3 De Crisisjaren 1930-1940' in De Stoeten
Ostendenoare, 2de jg. nr 1, augustus 1976.
(6) Omer Vilain, 'De
Belgische zeevisserij, een proeve van bibliografie'.
(7) Jubileumnummer
50 jaar Het Visserijblad
(8) Omer Vilain in
De Zeewacht 01.09.89
(9) De Stoeten
Ostendenoare, januari 1977 (zelfde dossier - deel 4 'De Zwartschrijver').
(10) Het weekblad
Het Nieuwsblad van de Kust werd in 1981 overgenomen door Roularta (uitgever van
het concurrerende De Zeewacht) en hield op te verschijnen.
(11) HVB I/1998.
(12) Ib.
(13) Vermelden we
volledigheidshalve dat ook andere programmapunten van de vzw uiteindelijk uitvoering
kregen (visserijfeesten, restaureren van het garnaalscheepje Cragnon), maar die
verdienste is uitsluitend toe te schrijven aan Willy Versluys die de vzw Liefkemores
verlaten had, zoals dat eerder ook al gebeurd was door Danny Crabeels.
(14) In HVB XII/2010
verscheen een in memoriam in het blad waarin we de verdiensten van Guido
Walters voor HVB onderstreepten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten